Schuldenwijzer is een platform dat mensen met schulden een eenvoudig, beveiligd en online inzicht geeft van de eigen schulden en daarbij horende informatie.
Juridisch nieuws
Executiegeschil. Het niet tijdig verstrekken van een factuur rechtvaardigt in dit geval niet het verbeuren van dwangsommen. Gedaagde moet daarom de executie staken en gestaakt houden. Gedaagde hoeft het reeds geïnde bedrag (aan dwangsommen) niet terug te betalen, nu zij zich op verrekening kan beroepen.
Kort geding. Opheffen conservatoir beslag afgewezen.
Cessie. Eiser vordert betaling van een aantal facturen uit 2016, voor verrichte werkzaamheden en verkochte (podium)onderdelen. Daarnaast vordert hij schadevergoeding wegens onrechtmatig handelen door gedaagde. Gedaagde betwist de vorderingen van eiser en voert aan dat eiser al zijn vorderingen op gedaagde in 2017 heeft overgedragen op zijn (destijds) besloten vennootschap. De rechtbank volgt dit standpunt van gedaagde en wijst de vorderingen van eiser af.
Huurzaak; Ambtshalve toetsing. Kantonrechter is voorshands van oordeel dat het huurverhogingsbeding en beding inzake de buitengerechtelijke kosten oneerlijk zijn in de zin van de Richtlijn 93/13 EG. Verhuurder mag zich bij akte over dit voornemen uit laten.
Toewijzing vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst wegens wanbetaling.
IPR; art. 19 lid 1 Brussel II-bis (litispendentie); parallelle echtscheidingsprocedures in Nederland en Polen; hoe wordt het tijdstip van aanhangigheid bepaald?
Prejudiciële vragen (art. 392 Rv). Art. 143 Rv. Richtlijn 93/13/EEG. Moet wettelijke termijn voor verzet buiten toepassing blijven als uit bestreden verstekvonnis niet blijkt of rechter heeft onderzocht of toegewezen vordering is gebaseerd op overeenkomst waarin een of meer oneerlijke bedingen in de zin van de richtlijn zijn opgenomen?
Kort Geding: ontruiming krakers. Geen misbruik ontruimingsbevoegdheid. Ongerechtvaardigde leegstand niet aannemelijk.
Gedeeltelijke toewijzing vordering tot opheffing bewijsbeslag; Schending artikel 21 Rv; Afweging belang bij geheimhouding enerzijds en vrees voor verduistering anderzijds.
De hoofdelijke aansprakeijkheid van de Staat op grond van artikel 480 lid 3 Rv is alleen van toepassing als er sprake is van executieopbrengsten en niet in geval van een 'vrijwillige' betaling door de schuldenaar aan de deurwaarder onder dreiging van executie.